We zijn deze les begonnen met een paar vragen over het vak / de lerares van geschiedenis. Daarna moesten we een nieuw logboek aanmaken, en toen kregen we een korte uitleg over hoofdstuk twee.
Vakbond is een groep die opkomt voor een bepaalde groep arbeiders.
Schema kenmerken van het tijdvak :
( Schema/samenvatting 2.0 )
De tijd van regenten en vorsten was erg belangrijk voor/in Nederland. Maar dat veranderde toen de tijd van burgers en stoommachines er aan kwam. We bleven ons wel houden aan 2 dingen van de tijd/eeuw ervoor: 1. Scheepvaart → VOC
2. Handel → VOC → Zuidoost Azië
Tijd van burgers en stoommachines. 1800 - 1900 ⟶ ⟶ ↓ ➝ Groot koloniaal
↘↙ ↓ rijk: Nederlands-Indië
Landbouw en begin van stoommachines. Nederland had verschillende koloniën.
↓ ↓ Er was sprake van industriële
Huisnijverheid Fabrieken revolutie → kwam laat en traag op
Kinderarbeid gang.
Max Havelaar
05/11/13
Samenvatting Plantages in de buitengewesten :
( Schema/samenvatting 2.1)
Nederland begon zich rond 1860 steeds meer te bemoeien met Nederlands-Indië, terwijl het Cultuurstelsel werd afgeschaft. En daardoor (afgeschaft Cultuurstelsel) gingen ze anders om met Nederlands-Indië. In dezelfde periode kwamen de Nederlanders erachter dat Nederlands-Indië rijk aan grondstoffen was en maakte daar gebruik van.
Voor 1870 oefenden de Nederlanders alleen invloed uit op het eiland Java. Na 1870 breidde de politieke en militaire macht van Nederland uit naar andere eilanden. Soms werd dit met bruut geweld gedaan door het KNIL (Koninklijk Nederlands-Indisch leger), zoals op Atjeh of Lombok.
Rond de eeuwenwisseling drong het steeds meer Nederlanders door dat een groot deel van de Indische bevolking onder slechte omstandigheden leefden. Ze vonden het oneerlijk dat hun in ruil van alle grondstoffen die ze daar haalden niks terug deden. Vooral de christelijke politici hielden hier zich mee bezig. Ze wilden geloof, gezondheidszorg en onderwijs verbeteren. In
1901 kwam in Indië Ethische politiek. Nederland vond dat ze de welvaart moesten verbeteren
Opdrachten VOGGP
Vraag 1. v
Het boek van Max Havelaar heeft nog steeds veel invloed in Nederland.
Vraag 2. 0
Het boek van Max Havelaar en voor de rest kan ik er niks over vinden.
Vraag 3. g
1856 - Multatuli werd benoemd tot assistent-resident van Lebak.
1860- Roman Max Havelaar
1867 - de Orde van de Nederlandse Leeuw politiek
1901 - kwam de ethische politiek - Nederland legde zichzelf de verplichting op om de welvaart en het welzijn van de Indische bevolking te verbeteren.
(Multatuli is de schuilnaam/schrijversnaam van Eduard Douwes Dekker)
Vraag 4. g
Ze wisten al veel meer dan Eduard Douwes dacht, dus ze waren niet helemaal onder de indruk. Maar toch door de dingen die ze niet nog niet wisten raakte ze wel in 'shock' omdat ze niet wisten dat het er zo soms aan toe ging.
Ze hebben gedemonstreerd.
Vraag 5. p
1. Eduard Douwes Dekker ( Multatuli )
2. Max Havelaar
3. Koning Willem I
Koning Willen I en de liberalen.
( Schema / samenvatting 2.2 )
Doordat er spraak was van Industriële Revolutie leefde veel mensen op/onder de rand van het bestaansminimum. Veel geleerden waren daarmee bezig en in de 19e eeuw kwamen er eindelijk goede ideeën. Dat proces van de geleerden die dus zochten naar oplossingen werden 'sociale kwestie' genoemd. Een van die geleerden heette Adam Smith, hij schrijf zijn eigen boeken en zijn boeken gingen vooral over kapitalisme.
Bij kapitalisme zijn productiefactoren in handen van particulieren en worden de prijzen bepaald door de wet van vraag en aanbod. Het hoofddoel van kapitalistische ondernemers is het maken van zoveel mogelijk winst. Zaken met succes worden erg gewaardeerd.
Er was ook sprake van Franse Revolutie, en van 1792 tot 1815 stonden de idealen van de Franse Revolutie in een kwaad daglicht.
De oude machthebbers zijn fel tegen nieuwe ideeën en hervormingen en daarom worden ze conservatief genoemd. Daarna, in 1813 werd in Nederland de zoon van Willem V als Koning Willem I ingehuldigd. Hij liet er geen misverstand over bestaan wie er de baas was: hij en hij alleen.
Het rode spook waart door Europa.
( Schema/samenvatting 2.3)
Regering na Napoleon →Koning Willen I had alle macht
↓
Niemand meer had iets te zeggen →Ontstaan van Liberalisme.
↓
Nederland ging bijna failliet.
Koning werd onschendbaar en
ministers werden verantwoordelijk.
↓
Mannen kregen kiesrecht →
→ Als ze belasting betaalden hadden ze
recht van spreken, als ze die niet
betaalden, hadden ze dat niet.
De opdrachten hieronder heb ik over genomen van Charlotte omdat ik die lessen afwezig was, ik zal het zelf nog wel een beetje aanpassen.
Extra Opdracht Jort Geschiedenis
a) leg het verschil uit tussen een standenmaatschappij en een klassemaatschappij.
Een standenmaatschappij is als je in de ene stand bent geboren en je moest daar blijven, je kon niet zomaar naar een hogere stand. Je kunt het vergelijken met een vissenkom, de meeste zitten samen, en met hoe meer je erin zit, hoe lager de stand.
Klassemaatschappij: Je word geboren in 1 grote ‘vissenkom’ en daar kun je van stand opgroeien, dus je kon als je een burger was nog wel gewoon een diploma halen en dan gaan werken.
b) Schrijf op wat wordt verteld over
- Franse Revolutie - door de Franse Revolutie veranderd er heel erg veel.
- Industriele Revolutie - ontstaan arbeidersklasse, groeiende kloof tussen arm en rijk
De Franse Revolutie & Industriële Revolutie hebben heel erg veel veranderd, door de Revoluties kwam de Klassenmaatschappij
-Belangen per stand - Arm & rijke mensen, daar was een heel groot.
De basis voor het Koninkrijk in zijn huidige vorm is gelegd in de periode1813 tot en met 1815. In 1813 kwam de Franse overheersing ten einde en in 1815 keerde de Prins van Oranje terug aan het hoofd van Nederland. Daarom vieren we dit jubileum.
Maak jouw eigen website met JouwWeb